Je ziet dat dessertwijnen vaak vele tientallen jaren goed blijven als ze goed bewaard blijven. Toch smaakt een dessertwijn van een paar jaar oud heel anders dan dezelfde 20 jaar later. Hoe komt dat? 

Als je het over alcoholische dranken hebt, zijn er twee categorien waaronder een drank kan vallen: levende en dode dranken. Dode dranken zijn bijvoorbeeld alle sterke dranken: whiskey, gin, vodka, rum en brandy. Zolang je deze dranken gesloten in de fles houd op een donkere (en redelijk koele) plek, blijven ze over de jaren onveranderd. De smaak zit in de ethanol en deze blijft redelijk stabiel. De fles whiskey van 12 jaar wordt dan ook nooit een fles whiskey van 20 jaar als je hem langer laat staan. 

Wijnen vallen onder de categorie levende dranken. Zij bevatten gisten die helpen in het ontwikkelen van de smaak van een wijn. Net als bij kombucha is het belangrijk dat de gisten wel in leven worden gehouden. De gisten houden niet van te warme omgevingen en teveel agitatie (beweging). Als je dus een mooie fles wijn dagelijks door elkaar schudt, verpest je hiermee je wijn. Vandaar dat het verschepen en bewaren voorzichtiger moet verlopen dan bij sterke dranken. Als je trouwens kombucha in de supermarkt ziet die niet gekoeld wordt....kan je je afvragen of je wel de juiste probiotica ontvangt. De gisten in wijn zijn ook de reden waarom wijn zich doorontwikkeld in de fles. De gisten eten de suikers in de wijn op en stoten alcohol uit. Als je wijn goed bewaard, kan de wijn prachtige tertiaire smaken ontwikkelen. Deze smaken zijn bijvoorbeeld 'leer', 'mosgrond', of 'paddestoel' en klinken misschien niet heel appetijtelijk, maar zijn vaak smaaksensaties waar wijnfanaten naar zoeken. 

Dessertwijnen zijn hoog in de natuurlijke suikers en daarom heel geschikt om lang te bewaren. De combinatie van de suikers, gist en alcohol zorgt voor een geweldige combinatie die lang goed blijft, mist de fles goed verzorgt wordt. 

De volgende dingen wil je daarom vermijden: 

• trillingen (zet de fles dus niet op een koelkast of in een laatje die vaak open wordt gemaakt)
• zonlicht (zet een fles niet in een raamkozijn, maar ergens beschut zoals in een kastje)
• vocht (voorkom dat de fles gaat schimmelen, door hem op een droge plek te plaatsen)
• temperatuurschommelingen (niet hoog op zolder, maar liever op een droge plek in de kelder)

Tot slot wil je dat de wijn geen contact maakt met zuurstof. Net als andere dranken, begint wijn te veranderen als je de fles opent. Het is daarom belangrijk dat de kurk goed blijft zitten. 

Bij de meeste kwaliteitswijnen is de kurk ook echt van kurk gemaakt. Dit is een organisch materiaal wat uitzet bij hitte en krimpt bij koud. Kijk daarom uit met te koude omgevingen: als de kurk heel erg inkrimpt kan hier zuurstof bij komen. Daarnaast verliest een kurk vocht waneer hij ouder wordt en zal hij zo krimpen. Om de kurk vochtig te houden is het dus belangrijk om de wijn in contact te houden met de kurk. Vandaar dat je vaak ziet dat wijnrekken gemaakt zijn om wijn horizontaal de stallen. Zo blijft de wijn tegen de kurk liggen en houdt deze vochtig. NB: Whiskey werkt juist andersom. Je zal whiskey het beste rechtop moeten bewaren. Dit komt omdat het hoge alcoholpercentage de kurk juist wegvreet. Zo af en toe zal je de fles moeten keren om de kurk niet stokdroog en kruimelig te laten, maar lang contact doet de kurk dus ook niet goed. 

Wat als je een fles opent?

Sommige mensen denken dat een fles whiskey eeuwig meegaat. Helaas is dit ook niet het geval. Binnen een jaar van opening veranderd je whiskey ook van smaak (sneller als je de whiskey vaak opent). Een tip om zowel whiskey als port goed te bewaren is om de drank over te gieten in een kleinere fles. Hoe meer de drank in een fles in contact staat met lucht, hoe slechter. Kijk zo naar hoeveel er is gedronken uit de fles. Is er maar een kleine hoeveelheid uit gedronken? Dan kan je de fles langer bewaren. Is er meer dan de helft uit gedronken? Dan moet je snel zijn met het restje opdrinken!

Dit geld voor zowel dode als levende dranken. Voor levende dranken zoals wijn is het altijd handig om de drank na opening afgesloten in de koelkast te bewaren. Je kan altijd een vacuvin gebruiken om de lucht uit de fles te pompen of je kan argon-gas* in de fles spuiten om de drank nog beter te bewaren. 

Elke dessertwijn heeft een andere houdbaarheid. Hoe geconcentreerder de wijn is, hoe langer hij vaak goed blijft. Zo kunnen Ausleses en IJswijnen langer bewaard worden dan Spatleses. Denk als leidraad aan een paar weken in de koelkast, maar weet dat elke week hij minder lekker zal worden. 

*=Argon is zwaarder dan zuurstof en zorgt ervoor dat de drank dus niet in contact komt met zuurstof. Het vormt als het ware een buffer tussen de drank en de zuurtstof